Bron: #Dwars door de buurt – editie 229
Dit voorjaar verschenen twee mooi vormgegeven boekjes van twee schrijfsters, beide woonachtig in Amsterdam-Oost, over hun stadsdeel. Hoe kwamen deze boekjes tot stand? Welke positieve veranderingen zien ze in de buurt en wat missen ze? Een dubbelinterview met de schrijfsters, Joyce Roodnat en Carolien van Welij.
Van Carolien van Welij kwam Eiland Oost, Amsterdam-Oost in 28 columns uit. Deze columns verschenen eerder al in Dwars. Joyce Roodnat beschrijft de wandelingen die ze als kind met haar moeder door Amsterdam-Oost maakte. Met moeder mee, een wandeling, is een stervormige wandeling door Amsterdam-Oost, die laat zien wat generaties aan elkaar doorgeven en hoe de stad veranderd is.
Joyce, zonder je moeder was het boekje nooit gemaakt?
‘Ik verzin nooit iets zelf met dit soort dingen. Ik doe altijd wat mij gevraagd wordt; mijn levensmotto is dat ik altijd ja zeg, want zo maak je nog eens wat mee. In Van Oorschot Terloops nemen schrijvers je mee op zijn of haar favoriete wandeling. Ik heb gevraagd of ik een boek over moederschap mocht maken, omdat het een onderwerp is waar ik al heel lang mee bezig ben. Ik verkende de buurt aanvankelijk aan de hand van mijn moeder. Ik maakte wandelingen de polder in om naar vogels te kijken. Ik wil al wandelend beschrijven hoe het was en hoe het is. En daarbij wilde ik hoofdstukken schrijven over moederschap, want zonder deze moeder was het boekje nooit gemaakt. Een belangrijk hoofdstuk is ook over mijn moeder in het ziekenhuis en ik die haar enkel voor het raam zie staan. Met moeder mee is een eerbetoon aan mijn moeder. Daar zit ook een sociale kant aan, want zo kort na de Tweede Wereldoorlog was niemand gescheiden en dat drukte een stempel op het leven.’
Carolien, jij won een schrijfwedstrijd?
‘Ik won de schrijfwedstrijd van Dwars en schreef daarna vijf jaar lang elke zeven weken een column voor de krant. Ook las ik columns voor in Theater de Roode Bioscoop onder begeleiding van een altviolist en een bassist. Oost speelt in bijna alle columns een rol.’ In de eerste column getiteld Doe iets beschrijft Carolien hoe deze metalen letters op het spoorwegviaduct aan de Wibautstraat te zien zijn. ‘Ik zag ze voor het eerst op een maandagochtend in juni. De rest van de dag klonken de woorden na. DOE IETS is een kunstwerk van Serge Verheugen en staat er sinds 2011.’
Joyce, vind je dat er veel veranderd is in Oost?
‘De wijk is van karakter veranderd. De Finsenstraat waar ik woonde, was niet deftig; het was stiller; er waren nauwelijks auto’s. Wij hadden geen fiets en liepen altijd alles: we liepen zo de polder in, gingen met het pontje over de Ringdijk. Van ieder doelpunt dat werd gemaakt in het oude Ajax-stadion hoorde je het geluid. Nu zijn er terrasjes, is er toerisme, wat je kunt zien aan de vele Air B & B’s in de wijk. Maar hoe ze het Sportfondsenbad, het oudste zwembad van Amsterdam zo hebben weggemoffeld in Oostpoort, is onvoorstelbaar.’
Carolien, vertels eens over het gat in de Middenweg waar ooit de bioscoop heeft gezeten?
‘Aan de Middenweg, tussen de winkel van het Leger des Heils en de zonnestudio, is een gat. Eind november merkte ik het voor het eerst op; het biedt een glimp uit het verleden.’
In de column Het gat schrijft Carolien: ‘Middenweg nummer 20. Ik kijk nog eens naar de leegte, en zie dat het pand een bioscoop geweest moet zijn. Daar was het scherm, met daarboven een afbeelding van een man en een vrouw. Beiden hebben een masker in hun hand. Dankzij de sloop kwam dit wandreliëf tevoorschijn. Ik probeer er hoop uit te putten: afwezigheid maakt soms iets zichtbaar.’
Joyce, wat vind je van het boekje van Carolien?
‘Ik kreeg het boekje van Carolien de avond voor de presentatie in de boekhandel. Heerlijk om te lezen en ik ontdekte wat ik niet wist, bijvoorbeeld over de stoplichten in de Molukkenstraat, waarbij het verhaal ging dat het placebo-knopjes waren die je het idee gaven het wachten te verkorten. Ook het verhaal over de verdwenen bioscoop raakte me.’
Carolien, wat vindt jij van Met moeder mee?
‘Ik ben een grote fan van wandelboekjes. Bijzonder hoe Joyce de buurt uit haar kindertijd beschrijft en heen en weer gaat van het heden naar het verleden. Anders dan in mijn boekje, waarin ik vooral over publieke ruimtes schrijf, is Met moeder mee heel persoonlijk. Heel mooi hoe Joyce op zo’n manier over moeders schrijft dat ze het universele van moederschap weet te raken’. #
Lennie Haarsma
Geef een reactie