Bron: #Dwars door de buurt – editie 249
De laatste tijd krijgt onze Nienke van bewoners uit een appartementencomplex in haar buurt steeds meer meldingen van overlast. Daarom besluit ze, samen met Peggy, de contactpersoon van de ondernemers die in diezelfde straat huizen, op onderzoek te gaan – Nienke bij bewoners, Peggy bij ondernemers.

uiten regent het, maar wijkagent Nienke en Dwars staan droog in het portiek van een appartement tussen twee winkels. Nienke: ‘Je snapt vast dat deze plek ook bij anderen in trek is. Ik krijg veel klachten over groepjes jongeren die zich hier vooral ’s avonds ophouden. Dus los van de melders wil ik graag ook andere bewoners hierover spreken. Daarom gaan we zo gewoon random bij een aantal aanbellen en hun ervaringen horen. Ben je er klaar voor?’
Schrik niet
We bellen aan. Een sympathieke vrouw van rond de veertig doet open. ‘Schrik niet, ik ben de wijkagent. Ik doe een klein onderzoekje in jullie buurt omdat we regelmatig verontrustende meldingen krijgen. Mag ik u een paar vragen stellen?’ De vrouw knikt geïnteresseerd. ‘Ervaart u wel eens overlast? Of ziet u wel eens dingen die u niet vertrouwt?’ ‘Nou voor de deur hangt vaak een groepje jongeren, maar ze zijn meestal niet vervelend. Ik woon hier met mijn zoon van dertien best prettig. Wel vind ik het vies dat ze vaak drankblikjes op de deurknop zetten en het een plakboel wordt. Zag u die plantenbakken daar? Die heb ik van pallets gemaakt voor wat groen. Maar dat werkt niet omdat ze daar rustig op de planten gaan zitten en die pallets kapot gaan.’ ‘En hoe ervaart uw zoon dit?’ Zoonlief, braaf aan zijn huiswerk, heeft nergens last van. Nienke: ‘Ook niet ‘s avonds?’ Zijn moeder lacht: ‘Hij is net op de middelbare, dus gaat nog niet uit. Zelf heb ik wel eens meegemaakt dat een sneue man mee naar binnen wilde. Ook vind ik soms mensen in de hal die daar de nacht doorbrengen. Dat vind ik niet fijn. Ik ben niet gauw bang maar kan me voorstellen dat anderen dat soms wel zijn.’
Is dat normaal?
Bij de volgende deur een leuke adolescente: ‘Alweer politie! (lachend) Wij zijn onschuldig hoor. Maar wat wilt u?’ Nienke legt uit. Een oudere broer en een ouder voegen zich bij haar. ‘Wij wonen hier al meer dan 20 jaar. Onze kinderen zijn in het OLVG geboren. We voelen ons hier helemaal thuis, maar de buurt verandert wel. Er zijn de laatste jaren steeds meer ondernemers bijgekomen. Ook zien we nogal eens vechtpartijtjes en, ja, die hangjongeren. Als je normaal op ze reageert, doen ze vaak niks. Maar fijn is anders. En er wordt steeds vaker in de portieken geslapen.’ De dochter: ‘Ik neem vaak ’s avonds die ingang verderop, want dan voel ik me veiliger. En is het normaal dat er soms wel vijf politieauto’s aankomen? Gister ook weer, maar waarom kon niemand ons vertellen.’ Nienke: ‘Ja, dat geeft natuurlijk onrust en klinkt niet fijn. Ik kan alleen niks zeggen, beroepsgeheim, maar ik hoor goed wat jullie zeggen.’
Bij een andere deur in het Engels: ‘Wij komen uit Qatar en wonen hier nu zeven maanden. Wij hebben geen probleem, maar ik laat mijn vrouw ’s avonds niet alleen naar buiten gaan, met al die alcohol- en drugsverslaafden.’
Burenapp
Bij een volgende deur doet een telefonerende bewoonster open. Nienke: ‘Schrik niet en maak rustig uw telefoongesprek af. Ik kom alleen wat vragen stellen over uw buurt.’ Even later: ‘Wij wonen hier heerlijk, ik ben dol op ons buurtje. Alleen gaan we binnenkort verhuizen, omdat we hier met mijn man en drie dochters uitgroeien. Ik zal mijn buren missen. Overlast? Tja, ik vind die hangjongeren in de avond niet fijn en soms ook intimiderend. We hebben met onze dochters afgesproken dat ze ’s avonds altijd de andere ingang nemen en bellen als ze thuis komen. Mijn dochtertje van acht laat ik niet alleen buiten spelen, met toch best wat mensen op straat die in de war zijn.’ Nienke: ‘Er is een nieuw meldpunt voor verwarde mensen – hier is het telefoonnummer.’ ‘Ja, ik weet het. Maar begrijp me goed, we hebben hier vooral met plezier gewoond. Op dit blok kijkt iedereen wel naar elkaar om en we hebben ook een buurtapp.’ Nienke: ‘Zit iedereen daar op?’ ‘Dat niet, maar wel best veel. Binnenkort geven we een afscheidsborreltje voor alle buren, dat zegt toch genoeg?’
Een ouder stel, pensionado’s, reageert vooral relaxt. Zij: ‘Ach, als je gewoon aardig doet en niet gaat preken of schelden, dan doen die jongeren niks. Ja, soms ruikt het alsof je in de coffeeshop zit en dan maak ik wel eens een scherp grapje: ‘Dit is Amsterdam, in de avond komen de ratten naar buiten’, maar vroeger was dit hier veel erger.’ Hij: ‘Zo is het, wij zijn nooit bang. Wel vind ik het niet kunnen dan jong en oud op scooters en fatbikes over de trottoirs racet. Dat is vragen om ongelukken met kleine kinderen of ouderen.’ Nienke: ‘Bel dan de handhavers op 14020, zij mogen ook bekeuringen uitschrijven. Echt doen hoor!’
Meld misdaad anoniem
Nienke en Dwars gaan een dag later met Peggy op stap. Nienke terwijl ze lachend een grote stapel folders uit haar tas haalt: ‘En nu ons reclame- en vraagrondje samen?’ Naar Dwars: ‘De soort meldingen die wij krijgen, komt niet altijd overeen met de ervaringen die wij horen van de buurtbewoners. Daarom gaan we overal ‘Meld misdaad anoniem’ folders uitdelen. Ken je dat? Het is een externe organisatie waar iedere burger, die iets verdachts ziet, anoniem kan melden. Zie je bijvoorbeeld telkens dezelfde auto die je niet kan plaatsen of omgekeerd telkens een zelfde persoon in een andere auto, ik noem maar wat. Vooral ondernemers melden niet graag bij de politie omdat je dan moet zeggen wie en waar je bent. Dat voelt onveilig voor hen. Ik vind het belangrijk om dit bij iedereen onder de aandacht te brengen. Die externe organisatie kan op haar beurt trends die ze zien aan ons doorgeven en daar kan de recherche wat mee.’
Nienke en Peggy delen de folders uit en geven voorbeelden. ‘Echt doen hoor, zo kunnen we de buurt veiliger maken, want zij geven aan ons door wat er leeft in een buurt. En natuurlijk wel gewoon 112 bellen bij crisissituaties, dan komen wij meteen.’ Een ondernemer: ‘Ga ik doen, ik zie geen criminaliteit, maar ik voel dat die er wel is.’
Een ondernemer deelt haar zorg dat zij vanuit haar Halal concept eigenlijk elke binnenlopende bedelaar eten wil geven, maar dat dit in de praktijk zoveel overlast geeft, dat het slecht is voor de klandizie. Nienke meelevend: ‘Is het een idee om bij de ingang op een bord aan te geven: Binnen kan geen gratis eten worden verstrekt. Wie dat wil moet naar buiten?’ Dat vindt zij een topidee. Andere ondernemers hebben geen klachten. Of luisteren alleen.
Nienke tegen Dwars: ‘Je ziet hoe we zo proberen te bereiken dat er meer wordt gemeld. Ik ben ook blij met alle positieve reacties vanuit onze buurt. Maar we zijn er nog lang niet. Soms duurt het jaren voor een buurt echt als veilig wordt ervaren. Voorlopig ga ik hier lekker mee door!’ #
Carolien Gevers
Geef een reactie