Bron: #Dwars door de buurt – editie 248
In het Wereldmuseum Amsterdam werd op 13 februari de nieuwe tentoonstelling Poetry of the people: Stemmen uit West-Azië en Noord Afrika feestelijk geopend. Er waren optredens van performance-kunstenaars uit deze regio’s. Tweede en derde generatie Nederlanders, die in taal, poëzie en muziek nauw verbonden zijn met het land van hun (groot)ouders.

Zij vermengen het Nederlands met hun ‘thuistaal’. Zo bedient dichter Benzo Karim zich van Nederlands en de Marokkaanse taal Tamazight, dichteres Saba Hamzah gebruikt Engels en Arabisch en singer-songwriter Meral Polat zingt-schreeuwt haar lied in het Nederlands en Turks-Koerdisch.
Van oudsher staat dichtkunst in hoog aanzien in de sterk orale tradities van Noord-Afrikaanse en West-Aziatische culturen. Veelal in combinatie met muziek en zang of recitatie. Vaak is er een link met spiritualiteit, zoals het soefisme bij dichter Jalal-ad-Din Rumi, en de heilige boeken bijbel en koran bij Khalil Gibran. De Griekse dichter Kavafis greep terug op de klassieke oudheid.
Afscheuren
In deze tentoonstelling, samengesteld door conservator Midden-Oosten Sarah Johnson en Diana Bachour, ligt de focus vooral op de sociale impact van poëzie van de late 19e eeuw tot nu. In geluidsfragmenten en videobeelden zijn ruim dertig gedichten te horen en te zien, in verschillende talen als Grieks, Turks, Farsi (Perzië, Iran), Hebreeuws, Syrisch en Tamazight. Voor de bezoekers liggen er poëzie-scheurblokken, waar zij de in het Nederlands en Engels vertaalde gedichten af mogen scheuren om zo hun eigen poëzie-bundel samen te stellen. Daarnaast zijn er bijzondere objecten als wandkleden, mantels, kalligrafie en spiegels te zien.
Spiegel van de ziel
Aan het begin van de tentoonstelling maant Rumi ons ‘onze innerlijke spiegel te reinigen’. Een hedendaags kunstwerk van een hart met een tong daaroverheen verwijst naar een woordspeling van het Turkse dil, tong, en het Perzische del, hart: spreken vanuit het hart. De grote dichters bezingen immers menselijke emoties als liefde, vreugde, troost, maar ook bijvoorbeeld woede, vrijheidsstrijd en ballingschap.
Machthebbers daarentegen hebben er belang bij hun macht te verheerlijken en te consolideren en doen dat eveneens met lofzangen en gedichten.
Poëzie verenigt het volk in tijden van oorlog en onderdrukking. In Perzië waren midden vorige eeuw gedichten en verhalen over verzet, protest en verlangen naar vrijheid razend populair. Ze werden openlijk voorgedragen tijdens de Tien nachten van poëzie in Teheran, in oktober 1977. Hiermee werd de kiem gelegd van de Iraanse Islamitische Revolutie en het verdrijven van de Sjah en zijn Pahlavi Dynastie.
Een Irakees boek bevat kranten uit de tijd van de Iran-Irak oorlog (1980-1988), met daarin dagelijkse pagina’s met gedichten.
Begin 21e eeuw ontstond in Tunesië de bevrijdingsbeweging ‘De Arabische Lente’ die zich verspreidde over heel Noord Afrika. Overal was daar het gedicht De wil om te leven (ca 1930) van de Tunesiër Abu al Qasim al-Shabbi te horen:
Op een dag, als het volk wil leven,
zal het lot moeten gehoorzamen
Dan zal de nacht moeten verdwijnen
en zullen de ketenen gebroken worden…
Treffend
Aan het eind van de tentoonstelling wacht ons de bevreemdende film van Sara Rey: City of Poets. Een moderne bloeiende stad met straten vernoemd naar dichters, schrijvers en musici verwordt tot een doodse, onleefbare ruimte wanneer nieuwe straten vernoemd worden naar generaals en oorlogshelden.
Tot slot, in de ‘Ruimte van reflectie’, kijken wij onszelf aan in oosterse spiegels. Wat zien wij daar, de woorden van Rumi indachtig? Hier hangen ook waslijnen waaraan de bezoeker een zelf geschreven scheurblok-gedicht kan bevestigen. Daar trof mij de tekst: ‘Poëzie geeft zuurstof aan het brein’. #
Annette Douwes
Geef een reactie