1951 – 1973
Door: Froukje Linde. Geboren in 1952 in Amsterdam Oost. Aan de Mauritskade 55. Ik heb daar tot mijn 22ste levensjaar gewoond. Ik ben toen ik 25 was verhuisd naar Nieuwegein, omdat ik daar werk had. Intussen heb ik ook nog gewoond op de Ceintuurbaan, in de Van Eeghenstraat en als laatste in de Sitterstraat (Watergraafsmeer).
Vanuit Nieuwegein ben ik verhuisd naar Lelystad en daar woon ik nog steeds. Maar elke keer als ik in Amsterdam kom heb ik het gevoel van thuiskomen.
Ik groeide op met paarden, cavia’s, konijnen (die waren voor de poviet, een soort van lab. Van de Amstel Brouwerij), muizen uiteraard en mijn vader hield zelf kippen. De stallen lagen op een steenworp afstand van het Oosterpark. Als kind hadden wij (ik en mijn andere broers en zussen) een perfecte speelgelegenheid. Er was een hooizolder (waar wij niet mochten komen, maar het natuurlijk toch deden), een zgn. haverhok. Daar lag het voer in voor de paarden, oude koetsen om in te spelen, volop gelegenheid om hutten te bouwen.
Dienstwoning.
Het woongedeelte betrof een dienstwoning. Mijn vader werkte bij de Amstel Brouwerij als portier en kreeg deze woning. Wel moest hij dan de stallen en wat daarom heen was in de gaten houden.Ook was er een stalbaas. Ome Jan Fenne. Geweldige man. Hij heeft wat te stellen gehad met ons. Maar eigenlijk altijd aardig.
Soms als ik ergens in een dorpje loop ruik ik zo af en toe dat er leer bewerkt wordt met tuigleer. Die geur zal ik nooit vergeten.
Een douche en centrale verwarming.
We hadden uiteraard geen tuin maar wel een groot “plat”. Dat was een gedeelte van het dak van het voorste gedeelte van de stallen. Daar heb ik heel wat uurtjes doorgebracht om te zonnen, te spelen, voor mijn examen leren en om met vrienden en vriendinnen lekker te zitten, te drinken enz. We hadden zelfs een douche en centrale verwarming. De moederkachel stond in de keuken en brandde op kolen. Later kwam er een ketel beneden. Die ketel was zo groot als nu zo’n Amerikaanse koelkast is. En als hij aansloeg leek het alsof er een enorme explosie aan zat te komen. Eng gewoon.
‘Het straatje’
Wij woonden daar erg vrij. We hadden geen buren. Althans niet grenzend aan ons huis. Achter ons huis was ‘het straatje’. Dat was ook de Mauritskade maar dan met kleine arbeiderswoninkjes. En aan de andere kant woonden mensen waarvan de man werkte bij het Herseninstituut, dat daar gelegen was.
We hadden altijd veel vriendjes en vriendinnetjes te spelen. Dat was ook geen wonder, want de meesten van hen woonden ergens tig hoog in de Dapperbuurt of in de Oosterparkbuurt. Ook toen we ouder werden konden we ongestoord onze feestjes houden. We hoefden geen rekening te houden met de buren. De muziek kon zo hard staan als we maar wilden.
Tineke vd Meulen zegt
Froukje heet jouw zus Gerie?
Tineke vd Meulen zegt
Mooi verhaal. Klopt het dat je een zus hebt die Gerie heet?
Hanneke Koster-Linde zegt
Dag Tineke, ik ben Hanneke Linde, de tweelingzus van Froukje.
Het klopt inderdaad dat wij een zus hebben die Geri heet. Zij is 5 jaar ouder dan wij.
Helaas moet ik wel vertellen dat Froukje op 25 maart 2022 is overleden.
john eshuis zegt
Na zoveel jaar weer eens gelezen. Ik heb bij Froukje in de klas gezeten, tot halverwege de mulo (voor mij).
Je hebt het over ’thuiskomen’, Nu op de oude dag (68) woon ik weer in oost. In de Vrolikstraat, die lang niet meer zo somber oogt als toen. Oosterparkbuurt is enorm opgeknapt. Je kent het niet meer terug. Ik ben blij dat ik daar terug ben.
groetjes
John Eshuis