1927 – 1995
Auteur: Marella Karpe – Verteller: Joop Vet is geboren op 2 mei 1932 in de Commelinstraat en woonde zijn hele leven in de Dapperbuurt.
“Mijn vader hoopte altijd op regen tijdens de thuiswedstrijden van Ajax, want het stadion aan de Kruislaan was onoverdekt en na een verregende wedstrijd kwamen op maandag altijd veel mensen hun pak laten persen,” vertelt Joop Vet.
Zijn vader had vanaf 1928 een kleermakerij – vanaf 1938 gevestigd op de hoek Dapperstraat 09 -Pieter Vlamingstraat – gespecialiseerd in herenmaatkleding, maar je kon er ook je kleren laten persen. Achter de winkel was een atelier en een perszaal en tijdens de bloeiperiode van de winkel was er wel vijftien man personeel, de meeste overigens thuiswerkers. De Dappermarkt liep tot de Wagenaarstraat; de laatste stal was de haringstal van Blitz, en op het Dapperplein stonden de kraampjes in een cirkel rond het houten politiebureau. Op zaterdag was er tot acht uur ’s avonds markt en als het donker werd zorgden gaskousjes voor de verlichting van de kramen.
De kleermakerij trok klandizie uit de hele buurt, Karel Appel – die toen nog als kapper werkte op nummer 14 – kocht er broeken en de conferencier Herman van Thoolen was ook klant. In de vijftiger jaren kwam Joop in de winkel werken nadat hij vier jaar de kleermakersschool op de Zeeburgerdijk had gevolgd en één jaar patroontekenen leerde op de Rotterdamse Snijschool aan de Keizersgracht. “In die tijd ging je vaak met de rollen stof naar de klant toe. Daar werd de keus gemaakt en de maat genomen. Later volgde dan de eerste en de tweede pas. Zelf stond je keurig gekleed, nooit zonder stropdas, in de winkel.” Joop herinnert zich dat de klanten vaak op afbetaling betaalden. Er waren firma’s, zoals Brilman in de Copernicusstraat, Vesta op de Haarlemmerhouttuinen of Ouwel in de Helmersstraat die afbetalingen regelden. In de winkel betaalde de klant met zegels van die firma’s; elke donderdagavond zaten Joop en zijn vader zegels te plakken en vrijdag werd het geld geïnd bij de firma’s.
Rond 1980 werd de confectie zó mooi, dat de belangstelling voor maatkleding snel afnam; in de kleermakerij werd voortaan vooral vermaakt. De vader van Joop heeft nog tot zijn sterfjaar (1994) een paar uur per dag in de winkel gestaan. Joop Vet heeft de zaak voortgezet tot 1995. Hij stopte nadat de kas gestolen werd. “Als ik nu zelf iets moet laten vermaken ga ik naar de Turkse kleermaker in de Dapperstraat, die werkt zó mooi!”
Jacques Vet zegt
Ik ben de neef van Joop Vet, maar Joop Vet zegt dat hij Ko Koedijk niet kent en dit hele verhaal hem onbekend is ! Joop Vet zijn geheugen is bijzonder goed, al is hij 90 jaar, hij weet alles van vroeger nog precies ! Joop Vet heeft met zijn broer Barend Vet in de oorlog een tijd in Renkum ondergedoken gezeten. Als ik ik bij hem ben , dan komen alle verhalen van de Dapperbuurt weer omhoog ! Joop Vet zit nu in het Eduard Douwes Dekker huis en heeft het naar zijn zin daar ! Joop lacht altijd en is altijd vrolijk !
Jo zegt
Beste Greet,
Goed om te lezen dat het goed met hem gaat. Ik heb hem een aantal jaren geleden nog gesproken en foto’s van hem geleend voor het verhaal. Doe hem de groeten als je hem spreekt.
Jo Haen
Greet Hofman-Kalkwarf zegt
Greet Hofman-Kalkwarf
Ik ben de nicht van Joop Vet, zijn moeder en mijn moeder waren zusters. Ik wil laten weten dat Joop inmiddels 90 jaar nu woont in het Eduard Douwes Dekker huis in Amsterdam-Noord. Het gaat heel goed met hem en hij heeft het daar erg naar zijn zin.
Hij is nog steeds scherp van geest, zit wel in een rolstoel maar heeft zijn humor niet verloren.
Ko Koedijk zegt
Zat Jopie Vet op de Commelinschool in de van Swindenstraat…?
Was zijn beste vriend dan Corrie Heersma…?
En konden we bij die verbrandingen van de uitrustingen van de Duitse soldaten ook geweren en pistolen vinden…?
Als dat zo is dan heb ik Jopie Vet gekend van het “Landje D” langs de Pontanusstraat…!!!